Jozua 22:27

SVMaar dat het een getuige zij tussen ons en tussen ulieden, en tussen onze geslachten na ons, opdat wij den dienst des HEEREN voor Zijn aangezicht dienen mochten met onze brandofferen, en met onze slachtofferen, en met onze dankofferen; en dat uw kinderen tot onze kinderen morgen niet zeggen: Gijlieden hebt geen deel aan den HEERE.
WLCכִּי֩ עֵ֨ד ה֜וּא בֵּינֵ֣ינוּ וּבֵינֵיכֶ֗ם וּבֵ֣ין דֹּרֹותֵינוּ֮ אַחֲרֵינוּ֒ לַעֲבֹ֞ד אֶת־עֲבֹדַ֤ת יְהוָה֙ לְפָנָ֔יו בְּעֹלֹותֵ֥ינוּ וּבִזְבָחֵ֖ינוּ וּבִשְׁלָמֵ֑ינוּ וְלֹא־יֹאמְר֨וּ בְנֵיכֶ֤ם מָחָר֙ לְבָנֵ֔ינוּ אֵין־לָכֶ֥ם חֵ֖לֶק בַּיהוָֽה׃
Trans.kî ‘ēḏ hû’ bênênû ûḇênêḵem ûḇên dōrwōṯênû ’aḥărênû la‘ăḇōḏ ’eṯ-‘ăḇōḏaṯ JHWH ləfānāyw bə‘ōlwōṯênû ûḇizəḇāḥênû ûḇišəlāmênû wəlō’-yō’mərû ḇənêḵem māḥār ləḇānênû ’ên-lāḵem ḥēleq baJHWH:

Algemeen

Zie ook: Aangezicht, Gelaat, Brandoffer
Genesis 31:48, Jozua 24:27

Aantekeningen

Maar dat het een getuige zij tussen ons en tussen ulieden, en tussen onze geslachten na ons, opdat wij den dienst des HEEREN voor Zijn aangezicht dienen mochten met onze brandofferen, en met onze slachtofferen, en met onze dankofferen; en dat uw kinderen tot onze kinderen morgen niet zeggen: Gijlieden hebt geen deel aan den HEERE.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

כִּי֩

Maar

עֵ֨ד

een getuige

ה֜וּא

dat het

בֵּינֵ֣ינוּ

zij tussen

וּ

-

בֵינֵיכֶ֗ם

ons en tussen

וּ

-

בֵ֣ין

ulieden, en tussen

דֹּרוֹתֵינוּ֮

onze geslachten

אַחֲרֵינוּ֒

na

לַ

-

עֲבֹ֞ד

dienen mochten

אֶת־

-

עֲבֹדַ֤ת

ons, opdat wij den dienst

יְהוָה֙

des HEEREN

לְ

-

פָנָ֔יו

voor Zijn aangezicht

בְּ

-

עֹלוֹתֵ֥ינוּ

met onze brandofferen

וּ

-

בִ

-

זְבָחֵ֖ינוּ

en met onze slachtofferen

וּ

-

בִ

-

שְׁלָמֵ֑ינוּ

en met onze dankofferen

וְ

-

לֹא־

niet

יֹאמְר֨וּ

zeggen

בְנֵיכֶ֤ם

en dat uw kinderen

מָחָר֙

morgen

לְ

-

בָנֵ֔ינוּ

tot onze kinderen

אֵין־

Gijlieden hebt geen

לָ

-

כֶ֥ם

-

חֵ֖לֶק

deel

בַּ

-

יהוָֽה

aan den HEERE


Maar dat het een getuige zij tussen ons en tussen ulieden, en tussen onze geslachten na ons, opdat wij den dienst des HEEREN voor Zijn aangezicht dienen mochten met onze brandofferen, en met onze slachtofferen, en met onze dankofferen; en dat uw kinderen tot onze kinderen morgen niet zeggen: Gijlieden hebt geen deel aan den HEERE.


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!